Legenda
| {id} | sleutelgegeven |
| [0..1] | element mag 0 of 1 keer voorkomen |
| [0..*] | element mag 0 of meerdere keer voorkomen |
| [1..*] | element mag 1 of meerdere keer voorkomen |
Documentatie en eigenschappen
De verzameling van gecodeerde aanduidingen die aangeven wat ten grondslag ligt aan het indicatiebesluit.
| Attributen | Documentatie |
|---|---|
| grondslagID | Technische sleutel Grondslag. |
| grondslag | Gecodeerde aanduiding van wat als eerste ten grondslag ligt aan het indicatiebesluit met betrekking tot de zorg voor een client. |
| volgorde | Aanduiding van de prioriteit van de grondslag. |
| Attributen | Datatype | Id | Multipliciteit |
|---|---|---|---|
| grondslagID | LDT_UUID | {Id} | 1 |
| grondslag | LDT_Grondslag | {Id} | 1 |
| volgorde | LDT_Volgorde | - | 1 |
Regels op klasse, attributen en logische datatypen
| Klasse, attribuut of datatype | Code | Titel |
|---|---|---|
| Grondslag | GGR0016 | GGR0016: Binnen een register moet de logische sleutel uniek zijn. |
| Grondslag | IRG0026 | IRG0026: Grondslag verplicht vullen. Leeg laten van de grondslag is toegestaan als WlzIndicatie geen GeindiceerdZorgzwaartepakket bevat (negatief indicatiebesluit) of als WlzIndicatie uitsluitend een GeindiceerdZorgzwaartepakket met zzpCode 999 bevat. |
| Grondslag | IRI0008 | IRI0008: Hoe moet grondslag worden gevuld? |
| Grondslag.grondslag | GGR0014 | GGR0014: Vullen met een waarde uit de gekoppelde codelijst. |
| Grondslag.grondslag.LDT_Grondslag | RS009 | RS009: Maximale lengte 2 posities |
| Grondslag.grondslagID.LDT_UUID | RS024 | RS024: Maximale lengte 36 posities |
| Grondslag.grondslagID.LDT_UUID | RS038 | RS038: Vullen met UUID versie 4. |
| Grondslag.volgorde.LDT_Volgorde | RS001 | RS001: Minimale waarde 0 |
| Grondslag.volgorde.LDT_Volgorde | RS002 | RS002: Maximale waarde 99 |